Christophe Lafosse, Doctor in de Klinische Neuropsychologie aan de KULeuven, legt uit wat dit begrip inhoudt en wat neuropsychologen trachten te doen.
In de klinische neuropsychologie wordt de relatie tussen gedragsstoornissen en het disfunctioneren van de hersenen bestudeerd. Met gedrag bedoelen we hier heel wat functiedomeinen zoals onder andere aandacht, geheugen, waarneming, taal, planning en organisatie, gedragscontrole, bewegingscontrole, emoties, sociaal inschattings- en inleefvermogen, intelligentie en persoonlijkheid.
Neuropsychologische diagnostiek is een zoektocht naar verklaringen voor cognitieve of emotionele klachten en stoornissen van patiënten. Neuropsychologen proberen zo op basis van gedragsverschijnselen te analyseren om welke stoornissen het in bepaalde functiedomeinen gaat.
Niet enkel hersenen
Door middel van een klinisch neuropsychologisch onderzoek zal men de gevolgen van hersendisfuncties op het gedrag objectiveren en de aard en de ernst hiervan vaststellen. Dit kan worden onderzocht via een gestructureerd gesprek of anamnese, observaties, of via diagnostische testen. Een professionele aanpak vraagt daarom veel werk en deskundigheid.
De neuropsycholoog zoekt die verklaringen vooral in de hersenen, maar het is ook belangrijk om te bepalen of psychologische factoren mee een rol spelen. Het doel kan zijn een bijdrage leveren aan de neurologische of psychiatrische differentiaaldiagnose. Ook kan de neuropsycholoog aanwijzingen geven hoe de patiënt met deze stoornissen kan omgaan en welke behandelingsmogelijkheden er zijn.
Verschillende psychologische factoren
In de eerste plaats richten neuropsychologen zich op vele mogelijke hersendisfuncties die tot uiting komen in een enorme variëteit aan cognitieve, emotionele en gedragsverschijnselen. Het klinisch beeld is daarbij afhankelijk van een zeer groot aantal factoren, zoals de etiologie (bijvoorbeeld CVA, hersentrauma of degeneratief proces), de fase van het ziekteproces (bijvoorbeeld acuut, subacuut, chronisch), het type van de beschadiging (bijvoorbeeld lokaal of diffuus), de omvang en de lokalisatie van het letsel.
Daarnaast spelen ook veel andere factoren en condities een rol; zoals leeftijd van de patiënt, het opleidingsniveau, het geslacht, de genetisch verschillende aanleg, psychologische condities zoals vermoeidheid, slaaptekort, motivatie, pijn en psychofarmacologische factoren. Een neuropsycholoog dient daarom kennis te hebben van hersen-gedragsrelaties, de functionele neuroanatomie, neurologie en psychopathologie.
De Vlaamse Vereniging van Klinisch Psychologen (VVKP) is de wetenschappelijke en professionele vereniging van klinisch psychologen in Vlaanderen. De VVKP streeft ernaar om klinisch psychologen op een autonome en volwaardige manier te laten integreren in onze gezondheidszorg zodat psychologische en neuropsychologische interventies beter toegankelijk worden voor de bevolking en onze gezondheidszorg een meer holistische, bio- en psychosociale koers mag varen.
Christophe Lafosse
Doctor in de Klinische Neuropsychologie aan de KULeuven
Hij is als Paramedisch en Wetenschappelijk Directeur en als klinisch neuropsycholoog verbonden aan het Revalidatieziekenhuis RevArte te Edegem (www.revarte.be). Als Gastprofessor is hij verbonden aan de KULeuven, aan de VUB en aan de Thomas More Hogeschool. Hij is voorzitter van de Vlaamse Vereniging voor Neuropsychologie (VVNP) en van de Divisie Neuropsychologie van de Vlaamse vereniging voor Klinische Psychologie (VVKP).