Home » MedTech » Immunotherapie biedt nieuwe perspectieven voor mensen met allergieën
Medische Innovatie

Immunotherapie biedt nieuwe perspectieven voor mensen met allergieën

In samenwerking met
Momenteel wordt er samen met enkele Belgische universiteiten een onderzoek gevoerd rond boompollenallergie b kinderen.
In samenwerking met
Momenteel wordt er samen met enkele Belgische universiteiten een onderzoek gevoerd rond boompollenallergie b kinderen.

Allergieën kunnen een enorme impact hebben op de levenskwaliteit en het sociale en professionele leven van mensen. Antihistaminica en steroïden bieden immers niet altijd voldoende verlichting van de klachten. “Immunotherapie kan voor deze mensen een vervolgstap zijn”, vertelt Sean Connor, General Manager Benelux, UK & Ireland bij ALK Abello.

Tekst: Joris Hendrickx

Binnen welke domeinen is ALK Abello actief?

Sean Connor
Sean Connor, General Manager Benelux, UK & Ireland ALK Abello.

“ALK is een Deens farmaceutisch bedrijf dat zich richt op diverse vormen van allergie. Onze primaire focus zijn luchtwegallergieën, insectengifallergie en anafylaxie. Meer dan de helft van onze aandelen zijn in het bezit van een liefdadigheidsstichting. Dat zorgt ervoor dat we minder afhankelijk zijn van aandeelhouders die enkel maar winst voor ogen hebben.”

“Het grootste deel van onze winst investeren we opnieuw in onderzoek en ontwikkelingen rond allergieën. Op die manier kunnen we meer op lange termijn denken en werken, en zijn we minder onderhevig aan de dynamieken van de vrije markt.”

Wat is jullie link met België?

“Ongeveer twaalf jaar geleden registreerden we onze eerste twee producten in België. Kort daarna introduceerden we hier ook heel wat andere reeds bestaande producten. Het afgelopen jaar registreerden we twee nieuwe immunotherapiebehandelingen, een voor boompollen en een voor huisstofmijt.”

“Ook voor gif van wespen en bijen hebben we een immunotherapie ontwikkeld die intussen breed gebruikt wordt in België. Bovendien voeren we momenteel samen met enkele Belgische universiteiten een onderzoek rond boompollenallergie bij kinderen.”

Wat houdt immunotherapie precies in?

“Bij immunotherapie richt de aanpak van de behandeling zich niet op het onderdrukken van de symptomen van allergie, maar op het aanpakken van de oorzaak. Feitelijk krijgen de mensen de stof toegediend waar ze allergisch op reageren. Op die manier trainen we het immuunsysteem om niet meer (of veel minder) allergisch te reageren op die stof. Zo bekomen we niet zozeer een volledige genezing, maar wel een drastisch verminderde impact van de allergie op het individu.”

Bij immunotherapie richt de aanpak van de behandeling zich niet op het onderdrukken van de symptomen van allergie, maar op het aanpakken van de oorzaak.

“Voordat men in aanmerking komt voor een dergelijke behandeling, moet men wel verplicht eerst behandeld zijn met klachtenverminderende medicatie zoals antihistaminica en steroïden.”

“Als deze onvoldoende effectief blijken te zijn en de allergie met een test bevestigd is, dan kan immunotherapie worden overwogen. Het doel is dat men dan niet meer dagelijks belast hoeft te zijn met de allergie en terug normaal kan participeren in de maatschappij. Men ‘voelt’ zich niet meer allergisch.”

“De eerste inname is altijd bij een arts. Daarnaast heeft deze therapie over het algemeen een mild bijwerkingenprofiel. De meest voorkomende bijwerkingen zijn jeuk in de mond en op de tong en irritatie in de keel.”

Wat zijn jullie toekomstplannen in België?

“De volgende stap voor ons is om ervoor te zorgen dat onze producten die in België geregistreerd zijn ook terugbetaald worden, zodat ook hier alle patiënten met allergie toegang hebben tot onze innovatieve behandelingen.”

“Met een terugbetaling worden deze therapieën voor meer mensen toegankelijk. Wij hebben drie sublinguale therapieën – smelttabletten voor onder de tong – geregistreerd in België voor de behandeling van graspollen, boompollen en huisstofmijt. Op dit moment zijn Belgen wat dat betreft disproportioneel benadeeld ten opzichte van alle buurlanden en zelfs alle andere landen in Europa, zeker wat betreft immunotherapie.”

Leven met een allergie tijdens de coronacrisis

COVID-19 heeft niet enkel een enorme impact op de diagnose en behandeling van allergieën, het kan ons ook heel wat leren over hoe het is om te leven met een allergie.

De coronacrisis leert ons begrijpen hoe erg en beperkend het is om te moeten leven met een allergie. Je kan niet zomaar naar buiten gaan wanneer je wil, want bij mooi weer kunnen er pollen in de lucht zijn. Of wanneer je een voedselallergie hebt, zal je niet onbezorgd op restaurant kunnen gaan uit angst voor een allergische reactie op wat je daar eet.

De impact op je professionele en sociale leven, je carrière, schoolprestaties en de algemene levenskwaliteit is toch enorm. Een belangrijk verschil met corona is natuurlijk wel dat allergieën niet direct levensbedreigend zijn.

Impact op diagnose en behandeling

De coronacrisis zorgt voor extra uitdagingen voor mensen met een allergie. Voor patiënten kunnen behandeld worden, moeten ze natuurlijk eerst de juiste diagnose krijgen. Het probleem is echter dat patiënten zich sinds het uitbreken van de coronacrisis niet meer zoveel aanmelden bij zorgverleners om een diagnose te krijgen.

Men heeft enerzijds angst gekregen om nog naar een dokter of ziekenhuis te gaan, anderzijds hebben zorgverleners nu vooral andere prioriteiten. Longartsen zijn nu vooral drukbezet met het opvolgen en oplossen van ademhalingsproblemen bij patiënten met een ernstige vorm van COVID-19. Hierdoor hebben ze uiteraard minder tijd om andere, minder levensbedreigende, problematieken vast te stellen. Zeker allergieën staan in dat geval onderaan de prioriteitenlijst, omdat de impact ervan grotendeels onzichtbaar is.

Niet enkel de diagnose, maar ook de behandeling en opvolging van allergieën is hierdoor sterk teruggevallen.

Rem op innovatie

Om een nieuwe behandeltechniek te kunnen introduceren, moeten zorgverleners zich comfortabel voelen en alle andere aspecten van hun job goed onder controle hebben. Momenteel is dat vanzelfsprekend helemaal niet het geval.

Hierdoor is hun vermogen om nieuwe behandeltechnieken over te nemen sterk verminderd. Enkel wanneer het niet anders kan of wanneer het een groot verschil kan maken voor patiënten met een acuut probleem is er een mogelijkheid om toch nog te schakelen.

Next article