Home » Immuuntherapie » Immuuntherapie: afweersysteem versus kanker
Expertvisie

Immuuntherapie: afweersysteem versus kanker

credit: UZA.

Prof. Dr. Marc Peeters

Diensthoofd oncologie en medisch coördinator

Multidisciplinair Oncologisch Centrum Antwerpen (MOCA)

Prof. Dr. Zwi Berneman

Diensthoofd hematologie

UZA

Het eigen afweersysteem stimuleren om kankercellen te bestrijden: dat is in een notendop immuuntherapie. Het UZA trekt volop mee aan de ‘onderzoekskar’.

Bij immuuntherapie wordt het afweersysteem van de patiënt zo beïnvloed dat het de tumorcellen in het lichaam aanvalt. De behandeling kan de kanker vaak lange tijd of zelfs definitief tegenhouden. Prof. dr. Marc Peeters, diensthoofd oncologie en medisch coördinator van het Multidisciplinair Oncologisch Centrum Antwerpen (MOCA), beschouwt immuuntherapie als een grote aanwinst.

“We moeten het zien als een stuk van het verhaal. Ik denk niet dat we er ooit alle kankers mee kunnen behandelen, maar voor sommige kankers – vooral melanoom en longkanker – vormt het nu al een wezenlijk onderdeel van de therapie. De kanker echt genezen is er tot nog toe niet bij. Maar als het effect heeft, houdt dat veel langer aan dan wanneer je klassieke chemotherapie geeft”, zegt hij.

Het UZA levert met zijn jarenlange onderzoek een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van immuuntherapie. De dienst hematologie kreeg internationale erkenning voor zijn onderzoek naar een vaccin voor patiënten met acute myeloïde leukemie (AML), dat het samen met het Centrum voor Celtherapie en Regeneratieve Geneeskunde (CCRG) creëerde.

“De patiënten krijgen een vaccin op basis van eigen bewerkte cellen”, zegt prof. dr. Zwi Berneman, diensthoofd hematologie. “Daarvoor worden eigen afweercellen, de zogenaamde dendritische cellen, gemanipuleerd en opnieuw ingespoten.”

Ik denk niet dat we er ooit alle kankers mee kunnen behandelen, maar voor sommige kankers – vooral melanoom en longkanker – vormt het nu al een wezenlijk onderdeel van de therapie.

Prof. Dr. Marc Peeters

“In een eerste onderzoek waren dertig patiënten betrokken die met succes waren behandeld met chemotherapie, maar een heel hoog risico hadden om te hervallen. Bij vier patiënten vertraagde het vaccin de ziekte en bij negen van hen vonden we geen tekenen meer van de kanker in het bloed. Bij vijf patiënten is de kanker nog altijd niet teruggekeerd. Intussen zijn we gestart met een grote vervolgstudie.”

Eenvoudige behandeling

Het team doet ook onderzoek naar het effect van immuuntherapie op andere soorten kanker, in samenwerking met de dienst oncologie. Concreet gaat het om longvlieskanker en glioblastoom, de meest agressieve vorm van hersentumoren.

Berneman: “In eerdere studies steeg de gemiddelde overleving met 14 maanden voor longvlieskanker en met 15 maanden voor glioblastoom. Een aanzienlijke winst als je weet dat patiënten met die diagnose doorgaans nog maar een tweetal jaar te leven hebben.”

Een groot voordeel van immuuntherapie is dat de behandeling met dendritische cellen eenvoudig is en nauwelijks nevenwerkingen heeft. De patiënt krijgt gewoon een inspuiting, met hooguit wat huidirritatie op de plaats van de prik. Afhankelijk van het behandelingsschema krijgt hij het vaccin tweewekelijks of met grotere tussenpozen.

Tumor verdwenen

Andere onderzoeksteams bereikten de afgelopen jaren heel mooie resultaten met andere vormen van immuuntherapie. Zo bestaan er intussen verschillende geneesmiddelen op basis van monoklonale antilichamen, eiwitten die in het laboratorium worden ontwikkeld. Die geven soms spectaculaire resultaten, vooral bij de behandeling van melanoom, de meest agressieve vorm van huidkanker, en longkanker. Bij sommige patiënten verdwijnt de tumor zelfs volledig. Het zijn vandaag gevestigde behandelingen.

Zelfs de grootste sceptici erkennen nu dat het een volwaardige behandelingsmogelijkheid is, naast chirurgie, chemotherapie en bestraling.

Prof. Dr. Zwi Berneman

“Die onderzoekslijn heeft tot de definitieve doorbraak van immuuntherapie geleid”, zegt Berneman. “Zelfs de grootste sceptici erkennen nu dat het een volwaardige behandelingsmogelijkheid is, naast chirurgie, chemotherapie en bestraling. En door verschillende vormen van immuuntherapie te combineren hopen we in de toekomst nog betere resultaten te behalen.”

Op dit moment wordt de behandeling alleen ingezet bij uitgezaaide of onbehandelbare tumoren. “Maar er komt zeker nog onderzoek naar het effect van immuuntherapie op beginnende kanker”, zegt Berneman.

Onbeantwoorde vragen

Zelf gelooft Berneman al heel lang dat het immuunsysteem in staat is kankercellen te bestrijden. “Onze dienst doet al sinds 1983 allogene stamceltransplantaties, waarbij de patiënt stamcellen van een donor krijgt. Tezamen met die stamcellen worden meestal ook afweercellen van de donor toegediend. Wij zagen al gauw dat die een grote rol spelen in de genezing: zij vallen de resterende kankercellen aan.”
 
Onderzoekers hebben de komende jaren nog een hele kluif aan immuuntherapie. Zo moet nog verder blijken welke kankers er precies mee te behandelen zijn. Peeters: “En we moeten ook uitzoeken hoe we immuuntherapie kunnen inpassen binnen de gewone chemotherapie en de nieuwe doelgerichte geneesmiddelen.”

“Geven we eerst immuuntherapie en daarna chemotherapie, of andersom? En hoe past radiotherapie in dat plaatje? Die vragen moeten we nog zien te beantwoorden. Ook het belang van merkers die de juiste patiëntenpopulatie kunnen aantonen, zijn belangrijk.”

Next article