Home » Hiv & aids » Specifieke aanpak bij jonge vrouwen met hiv
Hiv & aids

Specifieke aanpak bij jonge vrouwen met hiv

Onder de heteroseksuele hiv-patiënten in België is ongeveer de helft afkomstig van Sub-Sahara-Afrika. Van die groep is vervolgens zo’n 70% vrouw. Vaak gaat het om jonge vrouwen.

Tekst: Joris Hendrickx

Gesprek met dr. Diana Huis in ’t Veld, Internist-Infectioloog bij UZ Gent.

Welke specifieke noden hebben jonge vrouwelijke hiv-patiënten?

Diana Huis in ’t Veld
Dr. Diana Huis in ’t Veld, Internist-Infectioloog bij UZ Gent.

“Het is bij deze groep belangrijk dat we er rekening mee houden hoe zij in het leven staan en welke levensplannen zij hebben. Hebben zij bv. nog een zwangerschapswens, dan passen wij onze medicatie daar op aan omdat sommige medicijnen mogelijk schadelijk kunnen zijn voor het ongeboren kind.”

“Ook bij vrouwen die nog geen concrete zwangerschapswens hebben, houden we er met onze medicatie rekening mee dat ze vooralsnog zwanger zouden kunnen worden. Als ze dan toch zwanger willen worden en hun hiv-medicatie goed nemen, waardoor hun virale lading ondetecteerbaar is, kunnen ze zonder risico op besmetting van hun partner onbeschermde seksuele contacten hebben en op een natuurlijke manier zwanger worden.”

Wat als ze dan uiteindelijk zwanger zijn?

“Gelukkig beschikken we vandaag over een ruime keuze aan geneesmiddelen die veilig zijn tijdens de zwangerschap. De opvolging van zwangere hiv-patiënten is trouwens grotendeels dezelfde als die bij andere vrouwen. We controleren enkel regelmatiger of de virale lading van de moeder nog steeds ondetecteerbaar blijft. Indien de moeder wél een detecteerbare lading heeft, dan zullen we wel veel intensiever opvolgen.”

Als de patiënt de behandeling goed volgt en een ondetecteerbare lading heeft, hebben we er zeker begrip voor als ze dat toch voor zichzelf wil houden.

“Als de virale lading bij de moeder ondetecteerbaar is kan ook de bevalling perfect op een natuurlijke manier gebeuren. We raden enkel af om borstvoeding te geven omdat via die weg een hiv-infectie kan worden doorgegeven. Stel dat we pas een hiv-diagnose stellen op het moment dat een vrouw al op het punt staat om te bevallen, dan kan het zijn dat we veiligheidshalve opteren voor een keizersnede.”

Een groot deel van de jonge vrouwelijke hiv-patiënten komt uit Sub-Sahara-Afrika. Vergt dat een specifieke aanpak?

“In de gemeenschap van deze vrouwen heerst vaak nog een groot stigma rond hiv. Dit is eigenlijk hét grootste probleem in de Westerse wereld anno 2020. Soms worden op basis daarvan zelfs relaties verbroken en vrouwen verstoten uit hun gemeenschap. Het feit dat ze én vrouw zijn, én hiv positief én een donkere huidskleur hebben maakt het extra moeilijk voor hen om te emanciperen. Uiteraard tonen we daar begrip voor en houden we er rekening mee in onze benadering.”

“Normaal stimuleren we patiënten om open te zijn over hun ziekte naar hun directe omgeving, maar in bepaalde kringen houdt dat heel wat risico’s in. Als de patiënt dan de behandeling goed volgt en een ondetecteerbare lading heeft, hebben we er zeker begrip voor als ze dat toch voor zichzelf wil houden. Daarnaast voorzien we individuele psychologische en praktische ondersteuning en is er in het UZ Gent een support groep voor vrouwen die elkaar ondersteunen en ervaringen uitwisselen.”


Dit interview werd gehouden op verzoek
van MSD. De uitspraken opgetekend door
de journalist verbinden enkel de
geïnterviewde.

Next article