Antibioticaresistentie is potentieel dodelijk. Juist daarom hanteert Nederland strenge richtlijnen. Dankzij die richtlijnen hebben onze noorderburen een laag antibioticagebruik en lage resistentiecijfers.
Dr. Astrid Oude Lashof, internist-infectioloog aan het MUMC en prof. Dr. Paul Savelkoul, hoogleraar medische microbiologie en afdelingshoofd medische microbiologie aan het MUMC, leggen uit waarom antibiotica niet zomaar moet worden ingezet om bacteriële infecties te bestrijden.
Waarom is het zo belangrijk te weten welk antibioticum je wanneer moet inzetten?
“Als je niet weet om welke bacterie het gaat, ben je aangewezen op een breed spectrum antibioticum”, legt Savelkoul uit. “Zodra uit diagnostiek blijkt welke bacterie het is, kun je versmallen en precies dat antibioticum inzetten dat optimaal werkt voor die specifieke bacterie. Het liefst begin je gelijk met de juiste therapie. Een te zwaar en/of te breed antibioticum kan immers resistentie veroorzaken.”
Wat is er nodig om te weten met welke bacterie je te maken hebt?
“Snelle diagnostiek! Hoe eerder je weet wat de oorzaak is, des te sneller kun je de juiste behandeling inzetten. Soms heb je die tijd niet, bijvoorbeeld bij sepsis of hersenvliesontsteking. Dan moet je direct ingrijpen. Maar als je de tijd hebt, is het vaak beter even te wachten op de uitslag van de diagnostiek. De eerste test geeft aan om welke bacterie het gaat. Een resistentiebepaling vertelt of de bacterie wellicht resistent is voor bepaalde antibiotica.”
Hoe bepaal je uiteindelijk welk antibioticum je inzet?
“Daarvoor gelden richtlijnen”, stelt Oude Lashof. “Het is bekend welke antibiotica het beste werken voor welke bacteriële infecties. Dat wil overigens niet zeggen dat ieder antibioticum dat goed werkt ook de juiste therapie is voor een bepaalde bacterie. Je moet niet langer, korter of breder behandelen dan noodzakelijk. Het kan dus best zijn dat je middel A inzet en dat de patiënt daar goed op reageert terwijl je beter middel B had kunnen toepassen. De slogan ‘never change a winning team’ geldt niet bij antibiotica. Er kunnen goede redenen zijn om een behandeling die goed werkt toch te veranderen. Dit geldt vooral bij goedwerkende breedspectrum antibiotica die veilig gewijzigd kunnen worden naar een goed gericht smaller spectrum. Om behandelaars bij te staan in die keuze, zijn er binnen ziekenhuizen AMS-teams opgezet. In het MUMC bestaat dit Antimicrobial Stewardship team uit een internist-infectioloog, een arts-microbioloog en een ziekenhuisapotheker.”
Hoe beter de diagnostiek, des te beter de behandeling
prof. Dr. Paul Savelkoul
Wat is de meerwaarde van zo’n team?
“Zo’n team evalueert voortdurend alle behandelingen met antibiotica binnen het ziekenhuis. De leden van het team hebben veel specialistische kennis en ervaring. Als er reden toe is, nemen ze contact op met de behandelend arts. Het team deelt kennis en adviseert maar het is de behandelend arts die de eindbeslissing neemt.”
Wat zijn belangrijke overwegingen voor zo’n advies?
“Het AMS-team kan eenvoudig een overzicht maken van alle patiënten die antibiotica voorgeschreven krijgen”, vertelt Oude Lashof. “Er wordt aan de hand van deze gegevens gekeken of het antibioticum is voorgeschreven voor de juiste indicatie of door een behandelaar die mogelijk minder kennis heeft van antibiotica. Het team combineert de informatie vanuit het laboratorium, onder meer de kweekuitslagen, met de gegevens van de patiënt zoals allergieën, nierfunctie en eventueel andere medicatie. Ze zijn vooral alert op het toepassen van reserve antibiotica. Dat zijn antibiotica die je bij voorkeur pas inzet wanneer andere antibiotica niet meer werken. Daarnaast is er veel aandacht voor de juiste duur van behandeling; het zo kort mogelijk gebruiken van antibiotica. Deze samenwerking is een waardevol instrument in de strijd tegen resistentievorming.”
Maken ziekenhuizen voldoende gebruik van AMS?
“Zelfs in de kleinere ziekenhuizen is het inmiddels routine dat AMS-teams actief zijn en wordt er goed gebruik van gemaakt”, vindt Oude Lashof. “Nederland loopt wereldwijd voorop als het gaat om verantwoord antibioticagebruik”, geeft Savelkoul aan.
Waar valt nog winst te halen?
“Snellere diagnostiek”, stelt Savelkoul. “Wij zijn afhankelijk van de diagnostiek. Hoe beter de diagnostiek, des te beter de behandeling. Het is echt belangrijk zo min mogelijk breed spectrum te gebruiken omdat wij weten dat die ook de goede bacteriën afbreken.”