Dagelijks verliezen vijf Vlaamse families een dierbare aan darmkanker. Het goede nieuws? Dit cijfer kan drastisch naar omlaag. Een simpele test maakt het verschil tussen genezen of sterven. Luc Colemont, voorzitter van de vzw Stop Darmkanker, blijft dus terecht aan de kar trekken.
“De nieuwe cijfers van het Vlaams bevolkingsonderzoek stemmen mij niet echt vrolijk. In 2018 kregen in Vlaanderen 668.674 mensen tussen de 53 en 74 jaar de test. Hiervan heeft 51,5% ook effectief deelgenomen. Het jaar ervoor was dit 51,7% en in 2016 nog 54,5%. De trein bolt gezapig door, maar slaagt er niet in een versnelling hoger te schakelen.”
“We moeten in Vlaanderen een pak ambitieuzer zijn als we de door Jo Vandeurzen beoogde 60% in 2020 willen halen. Ter vergelijking: In Nederland nam 73% deel. Wie een ziekte als darmkanker bestrijdt, kan nooit ambitieus genoeg zijn. 48,5% doet de test hier niet en dat is veel te veel.”
Geen tegenargumenten
“Er is internationaal al veel onderzoek gedaan naar de redenen waarom mensen niet meedoen aan de test. Dat varieert van angst voor het resultaat tot een bepaalde vorm van argeloosheid: het zal mij niet overkomen, niemand in de familie heeft het,… Dat laatste houdt trouwens helemaal geen steek, aangezien slechts 20% familiaal of erfelijk bepaald is.”
In ongeveer 10% van de gevallen kan immuuntherapie worden toegepast.
“De klassieke argumenten zijn dus talrijk, maar absoluut ongegrond. Er zijn zelfs mensen die betwijfelen of zo’n ‘poepsimpel’ testje darmkanker kan opsporen. Het is inderdaad even simpel als efficiënt: je prikt enkele keren met een staafje in de ‘normale’ stoelgang en stuurt dit staafje terug. Voor wie dit dus niet doet, heb ik drie woorden: doe de test! Het kan je leven redden, vermijdt enorm veel leed en bespaart kosten.”
90% overlevingskans bij vroegtijdige opsporing
“Wat mij wel optimistisch stemt, is een opvallend resultaat van het onderzoek door de Stichting Kankerregister. Voor het eerst sinds de start van het bevolkingsonderzoek sterven er minder mensen aan darmkanker dan ervoor, althans in Vlaanderen. In Wallonië en Brussel zien we dat nog niet. Daar halen we nog geen 20% ingestuurde tests en is er dus nog veel werk aan de winkel.”
“Wanneer we er op tijd bij zijn, is er 90% kans op genezing. Dat zou voldoende moeten zijn als motivatie. In ongeveer 10% van de gevallen kan zelfs immuuntherapie worden toegepast. Door het kankerweefsel te testen kunnen artsen voorspellen of dit doeltreffend zal zijn. Helaas ligt dit cijfer lager dan bij andere kankers zoals bijvoorbeeld long-, huid- of nierkanker. Voor wie bij de gelukkigen is, betaalt het ziekenfonds deze dure therapie terug.”
Doelpubliek wordt breder
“Dit jaar krijgen mensen tussen de 51 en 74 jaar de test. Volgend jaar wordt dit opgeschoven naar 50 jaar, conform de Europese richtlijn. Daar mag het natuurlijk niet stoppen: ook wie ouder of jonger is heeft baat bij zo’n onderzoek. Er is niet alleen de vergrijzing, maar we zien wereldwijd een verjonging van patiënten met darmkanker. Daarom stelt men in Amerika al voor om de screeningsleeftijd naar 45 jaar te trekken. Ik ben erg blij dat steeds meer bedrijven hun personeel vanaf die leeftijd testen. Het is overigens de meest kostenefficiënte screening van de drie bevolkingsonderzoeken!”